Souburg heeft de spannende wedstrijd tegen Overschie met 4,5-3,5 gewonnen. De Rotterdammers speelden zeker niet minder, maar moesten uiteindelijk toch berusten in een nederlaag. Hierdoor blijft Souburg met een punt minder dan koploper Philidor Leiden in de race voor de titel.
De wedstrijd ging lange tijd gelijk op. Op ieder bord kon het alle kanten op. Henrik W. was als eerste klaar met een remise. Zijn opponent had een toren weggegeven in ruil voor eeuwig schaak. De witte koning stond te veel op de tocht en kon niet ontsnappen van de zwarte dame. De tweede partij die klaar was, en tevens een remise werd, was een bijzondere. Collin leek vanuit de opening wel aardig te staan en zwart leek wat zwakke pionnen te hebben. Echt bleek hij alles onder controle te hebben waardoor er gecounterd kon worden. Collin moest terug en leek moeilijk te staan totdat zijn tegenstander uitkomst bood en remise voorstelde. Collin kon niet anders dan het gulle aanbod aan te nemen. 1-1.
Henrik P. leek een goede maar zeer ongebruikelijke opening te hebben. Hij snoepte wat pionnen mee. Zwart kreeg wel twee mooie knollen, maar deze konden het verschil niet maken. Hoe de partij verder ging weet ik niet exact, vanwege mijn eigen partij, maar hij greep wel de winst. 2-1.
Bert had een aardige opening met de zwarte stukken en leek iets beter te staan. Echter verdwenen de stukken langzaam maar zeker van het bord en leek de witspeler wel tevreden te zijn met een remise. 2,5-1,5. René maakte er 3-2 van door remise te spelen tegen de kopman van de Rotterdammers. In een interessante partij waar de paarden in het centrum alle kanten op sprongen, was het niet direct duidelijk wie er nou beter stond. Nadat de knollen van het bord verdwenen waren en de rook was opgetrokken bleek dat beide spelers enkel nog een dame hadden en wat pionnen. René stond door zijn losse pionnenstructuur misschien iets minder, maar al snel werd de vrede getekend.
René Tiggelman (links) in actie tegen Erik Brandenburg. Links van René zit Henrik Porte die zijn potje wist te winnen.
Jeroen bracht de tweede overwinning voor het eerste team op het scorebord. In een Siciliaan was het wit die licht voordeel verkreeg. Jeroen kon enkel maar tegenhouden, totdat de partij naar een toreneindspel ging. Het initiatief ging naar Jeroen aangezien zijn tegenstander iets te veel van de stelling vroeg en dat kostte hem een pion. Er zaten nog wel wat addertjes onder het gras, maar Jeroen hield het hoofd koel en speelde het eindspel netjes uit naar de overwinning. 4-2.
Met nog twee potten bezig was het nog niet gelopen koers. Roeland stond inmiddels een kwal achter en ook wel verloren terwijl Robin moest knokken voor remise. In een toreneindspel hadden Robin en zijn tegenstander ieder evenveel pionnen. De pionnen van Robin waren duidelijk wel slechter gepositioneerd. Het was daarmee ook uitkijken geblazen. Robin speelde het eindspel nauwkeurig en hield stand waardoor de punten in ieder geval in Souburg bleven. 4,5-2,5.
Roeland nog als laatste bezig waar hij de vorige ronden als eerste klaar was. In een Franse partij leek zijn echte Rotterdamse tegenstander op de koningsvleugel een aanval op te zetten. Aangezien Roeland wat probeerde op de damevelugel vertrouwde hij niet op de opzet van die aanval. In de tijdnood 'vergat' Roeland een toren en die werd klem gezet. Er was nog wel enige compensatie zeker na een alles of niets poging in de tijdnood. Overigens zou de computer denk ik wel gehakt maken van de kansen voor wit. In de praktijk bleek het echter ook te weinig aangezien zwart met een toren en twee paarden tegen wit een toren en een loper net een pion te veel overhield. Hiermee werd de eindstand bepaald op een nipte 4,5-3,5 overwinning.