In een poule waarin iedereen van iedereen lijkt te kunnen winnen, heeft het eerste team belangrijke punten gepakt. Overschie werd verdiend met 5-3 verslagen.

Jeroen was als eerste klaar met een remise. Zijn stukken waren volledig verlamd, maar zijn tegenstander vond geen goed plan om hier gebruik van te maken. Henrik Westerweele zette Souburg daarna op voorsprong. In een aantrekkelijke Fransoos wist hij materiaal buit te maken en dat was genoeg voor een vol punt.

Waar in de vorige wedstrijd in de tijdnoodfase zowat alles de verkeerde kant oprolde, was het nu andersom. René moest zoeken of er nog ergens eeuwig schaak mogelijk was, maar toen zijn tegenstander blunderde, kreeg hij nog de volle mep ook. Intussen zat Robin al op zijn vertrouwde pionnetje. In de tijdnoodfase grabbelde hij er nog twee bij en dat was meer dan genoeg voor de overwinning. Henrik Porte had zelfs een stuk gewonnen en na nog enkele schermutselingen stond de 4,5 op het bord.

Roeland stond net als Jeroen de hele partij aangekrant. Hij had echter de pech dat zijn tegenstander wel een goed plan vond. Corné wist dat plan niet te vinden in een prima stelling. Hij verloor zelfs nog onverhoopt. En ook Bert, gebrand op een overwinning, deed zichzelf te kort. In het toreneindspel stond hij wat pionnetjes voor, maar zijn tegenstander verdedigde bekwaam en behaalde een remise.