De veertiende speelronde van de interne competitie kende een aantal verrassingen. Zo won Bert Henderikse van René Tiggelman en ging Henrik Westerweele onderuit tegen Peter Noorlander.

De koploper begon sterk aan zijn partij tegen Bert. Zo moest de zeer aanvallend ingestelde Bert terug en had René de regie in handen. Een kwaliteitsoffer leek gunstig voor René, maar tegen iemand met zoveel schaakinzichten als Bert kun je dit soort dingen beter niet doen. Bert zijn toren werd wakker en uiteindelijk kon de koploper de felicitaties aan de zeer tevreden Bert overhandigen.

Henrik Westerweele heeft zijn goede vorm na een tripje Afrika nog niet teruggevonden. Tegen Peter Noorlander ging het helemaal mis en Peter maakte dankbaar gebruik van de gaten in de verdediging van Henrik. Roeland Alders kwam met de schrik vrij. Vanuit de opening moest hij na een bagger zet het initiatief laten aan Jean-Pierre van Gemert. Jeepee had een pion gewonnen maar was wel zijn zwarte loper kwijt. Er leek niets aan de hand, maar in de tijdnoodfase ging het toch mis voor de oud-teamleider van Souburg 2. Roeland kwam binnen op de zwarte velden en mat was niet meer te voorkomen.

Nog een verrassing was de uitslag van de partij Tom van Gemert-Frans Baljeu. Normaal gesproken zou Frans toch wel een prooi moeten zijn van Tom, maar laatstgenoemde gaf een toren weg en daarmee werd het pleit beslecht.