De toppers in de interne competitie hebben een gemakkelijk avondje gehad in de negende ronde van de competitie. René Tiggelman was snel klaar met Alex Jonkheer, terwijl Jos van der Kaap geen kind had aan Vincent Sleuyter.
Voordat iedereen lekker was begonnen was René al klaar. Om kwart voor negen stond de dame van Alex klem en was de partij afgelopen. René wilde eigenlijk een dame zet doen voordat hij met Lh5 (zijn dame stond op d1), maar dacht dat Alex wel eens Dg6 zou kunnen spelen. Daar staat de dame van Alex best goed, maar niet als deze daarna aangevallen wordt en niet meer weg kan. Alex deed inderdaad de dame naar g6 en na Lh5 was het dan ook klaar.
Jos had het niet moeilijk met Vincent al duurde de partij wel wat langer. Dat kwam omdat Vincent in de opening de draad al snel kwijt was. De opening was ook vrij ongebruikelijk en dat kostte Vincent erg veel tijd. Het pleit was toen eigenlijk ook al beslecht en Jos kon dan ook eenvoudig de winst pakken.
Bert Henderikse speelde tegen Meesterklasse-speler Hans Groffen. Bert hanteerde een erg rustige opzet van de opening zoals we hem wel vaker zien doen. Hans ging er va-banque in, maar Bert bleef erg cool. Uiteindelijk had Hans zijn hand ietwat overspeeld en was het opeens Bert die een pion won. Wellicht was de stelling gewonnen voor Bert, maar na een pionnenruil op h4 was het potremise.
Jeroen Hekhuis moest tot het uiterste gaan tegen Max Toetenel. In een Siciliaan had Jeroen wel een plusje met het loperpaar en actievere stukken, maar Max kon zijn stelling onder controle houden. In het toreneindspel had Jeroen wel een pion meer, maar leek het erop dat Max wel remise had kunnen houden. Uiteindelijk deed Jeroen het net wat handiger en daarmee greep hij de zege.
Het bord bij Roeland Alders en Henrik Westerweele stond al snel in de fik. Beide spelers deden wat ongebruikelijke zetten in de opening, maar voor de neutrale toeschouwer was het juist erg interessant. Roeland won weliswaar een toren, maar daarmee was de partij allerminst over. De engine gaf bij analyse ‘slechts’ 1.7 voordeel voor Roeland. De zwarte pionnen van Henrik stormde op en Roeland moest het nauwkeurig spelen om geen averij op te lopen. Het kostte sowieso al een loper om een pion te stoppen en daarmee bleef er slechts een ‘kwal‘ over. In de hevige tijdnood wist Roeland toch te winnen.
Carl Schoor won van Albert Vermue, maar dat zag er lange tijd uit dat Albert de beste papieren had. Met twee stukken voor een toren en initiatief was het Albert dat lange tijd de klok sloeg. Een remiseaanbod werd afgeslagen, maar daarna ging het toch mis en blunderde Albert zijn partij weg.
Eric van Driel en Willem Brouwer deelden het punt. Eric stond al snel beter en met een grapje won hij de dame van Willem. Wel tegen een toren, loper en pion. Net toen het daarmee interessant werd bood Eric remise aan. Willem vond het aanbod wel prima en accepteerde deze dan ook.
Brandon Haasbroek mocht blij zijn met een remise. Anton Nooijen speelde een prima partij en had twee fantastische vrijpionnen op de damevleugel. Brandon probeerde nog wat grappen in de stelling te brengen en Anton kon de winst maar niet vinden terwijl deze voor het oprapen lag. Uiteindelijk gingen de twee prachtpionnen verloren en nadat de rook was opgetrokken was remise een feit.
Eric Bouman verloor van Frans Baljeu. De strijd ging lange tijd redelijk gelijk op, het eindspel was prompt gewonnen voor Frans nadat de torens van het bord verdwenen waren.
Johanna Brouwer won van Marciano Verduijn. Marciano zijn stukken werkten niet goed samen en Johanna kon daar optimaal van profiteren.
Kees Polderman kwam erg goed weg tegen Joas Fontijn. Joas had lange tijd een prima stelling en Kees stond zowat pat. Ik denk dat bijna alles gewonnen was, maar Joas koos de enige variant die verloor.
Wolfgang Reichpietsch won van Jan Engelen. Diverse stukken verdwenen van het bord en in het toreneindspel had Wolfgang 8 pionnen tegenover 4 voor Jan. Dat was te veel van het goeden voor Jan, waarmee Wolfgang het volle punt mee naar huis mocht nemen.