Als zwaar favoriet begon SKS aan de wedstrijd voor de KNSB-beker tegen Middelburg. Niet alleen was Middelburg pas nog vakkundig opgerold door SKS 2, maar ook bedroeg het gemiddeld ratingoverwicht per bord ruim 300 punten in Souburgs voordeel. Zo rond middernacht waren het echter de Souburgers die blij en dankbaar konden zijn omdat ze nog móchten gaan snelschaken.
Jeroen Hekhuis scoorde vorig jaar in de avondcompetitie nog een mooie overwinning tegen Paul Koster met zijn geliefde Drakenvariant, maar dit keer speelde Paul het iets ander. Hij stelde de lange rokade uit en terwijl Jeroen op de damevleugel nog op zoek was naar het begin van een plan, walste Paul intussen zijn hele koningsvleugel plat. René wist de stand weer gelijk te trekken door Maarten Westerweele te verslaan. Vanuit de opening stond René iets prettiger, maar het was pas na een op het oog onbeduidend pionzetje van zwart (.., a6) dat Maarten ’s stelling ineens als een kaartenhuis in elkaar stortte. Voor René was het nu hoog tijd om zijn dochter naar huis te brengen, maar daarna moest hij wel gelijk terugkomen want “het zou wel eens op snelschaken kunnen uitdraaien”.
“Hou je jas maar aan”, zei Jeroen toen René weer terugkwam in het clubgebouw. Inderdaad, Bert en Roeland waren allebei nog bezig en de één stond nog beroerder dan de ander. Snelschaken leek ver weg en de vraag leek alleen maar te zijn hoe groot de nederlaag precies zou worden. Bert stond al lange tijd niet al te fris, maar Marcel Nellen liet de omstanders lang in spanning door telkens niet de direct winnende voortzetting te kiezen. Met nog maar weinig tijd op de klokken slaagde Marcel er uiteindelijk in om alles af te ruilen behalve één pionnetje dat hij feilloos naar de overkant wist te begeleiden. Alleen de partij van Roeland tegen Sjaak Steijn was nu nog bezig.
Waarom iemand met zulke lange armen het liefst speelt met de stukken dicht bij huis is een raadsel, maar Roeland zat weer eens op de achtste rij met zijn zwarte stukken te schuiven. Sjaak wist er wel raad mee en bouwde een riante stelling op met veel ruimteoverwicht en bovendien een vrijpion die al op b6 stond. Beide spelers gebruikten veel bedenktijd en waren op den duur aangewezen op de 10 seconden die ze er bij elke zet bijkregen. Terwijl Roeland eindelijk redelijke zetten ging spelen, raakte Sjaak de weg juist helemaal kwijt. Een gewonnen stelling werd een gelijke stelling en een gelijke stelling werd daarna nog een verloren stelling. Zo wisten de Souburgse ELO-kanonnen alsnog op 2-2 te komen. Het snelschaken dat nu de beslissing moest brengen werd door vlotte overwinningen van Bert en Roeland een makkelijke prooi voor SKS. René kon het zich veroorloven een gewonnen stelling remise te laten lopen en toen Jeroen met een stuk minder vlag kon claimen was de misère voor Middelburg compleet.